Soms moeten wanden eerst uitgeraapt (raapwerk) worden om een muur, die niet mooi meer is, denkt u hierbij aan gaten, scheef of ongelijke ondergrond, betegelde of gemetselde muur, egaal te krijgen met gipspleister. De dikte van het gips, die daarna wordt aangebracht, is afhankelijk van hoeveel er uitgeraapt moet worden. 

Na het uitrapen worden de wanden eerst bewerkt met voorstrijk, grondeer of betocontact, om de gipspleister goed te laten hechten. Zodra het gipspleister is opgedroogd, kunnen de muren en plafonds afgewerkt worden met pleisterwerk.

Nadat dit gedroogd is kunnen de muren en plafonds afgewerkt worden met sauswerk in de door u gewenste kleur.